Afbeelding

Klimaatspijbelaars

Algemeen 291 keer gelezen

Zolang ik me kan heugen wordt er gemopperd over 'de jonge generatie'. Verwend door de welvaart van hun ouders, door de kansen van studie en reizen; zelfzuchtig door sociale media. Deze generatie gaat de straat niet op (niet om te spelen, niet om te protesteren), de kerk niet in, de computer niet achtervandaan. Geef het generatiebeestje een naam – niX, Y, Z of millennial – en het kan over een kam geschoren worden.
Als je hoort bij geen generatie scheelt dat generalisatie. Zolang ik hypotheek noch huis, boom noch beest, vlees noch vis heb, hoor ik bij de generatie waarvan men de mompelende meesmuil vol heeft. Iets moet je jong houden als de kraaienpoten om zich heen grijpen.
Op 7 februari gaat een groep scholieren het Malieveld op voor een klimaatmars. In België spijbelen tienduizenden scholieren al wekelijks voor dit politieke punt van zorg. Bestuurders en politici keuren het af. Begrijpelijk: de klimaatspijbelaars ondermijnen hún systeem en klagen hún generatie aan. De klimaatkwestie is namelijk een generatieconflict. De klimaatspijbelaar vindt dat oudere generaties onvoorzichtig met de aarde omspringen waardoor de jeugd, zoals dat dan heet, de rekening gepresenteerd krijgt. Als de jeugd – zonder stemrecht of topfuncties – daar iets over wil zeggen, worden ze gekoeioneerd: 'je leert meer op school dan op het Malieveld, lieve kijkbuiskinderen.' Zeg, oudjes, zongen jullie niet 'We don't need no education' mee met Pink Floyd?!
Oudere generaties kijken het protest meewarig aan. Ook zij hadden kopzorgen: barre banenmarkt, (dreigende) oorlogen en oliecrises. Zolang je een kop hebt draaien er zorgen omheen. Wat de jeugd niet heeft en als luxe ziet – baan, auto, hypotheek, crèche – staat echt niet gelijk aan zorgeloosheid. Vroeger was alles beter geldt ook niet, want wie spijbelde kreeg de lat en wie depressief was kon je wat. Sommige volwassenen, die zich vaker het hoofd hebben gebroken en daar misschien stijfkoppig van zijn geworden, vinden de alarmerende klimaatberichten maar overtrokken. In een generatieconflict bestaan geen winnaars. We moeten wel in ogenschouw nemen dat de jonge generatie kampt met groeiende onzekerheid over werk, inkomen, huisvesting en constante druk ervaart om zich te vermarkten voor (potentiële) zorgbieders, relaties, bazen. Berekeningen wijzen uit dat de jonge generatie het niet beter zal krijgen dan de vorige, ook al heeft exponentiële welzijnsgroei lang gegolden als vuistregel. Is dat erg? Niet per se, maar het vraagt om anders leven. Zo bezien is het vooruitziend dat de klimaatspijbelaars de wereld alvast willen aanpassen. Wordt het minder? Dan maar gelijk minder uitstoot, vlees, plastic. Zulke maatregelen dienen zelden het gemak en of het de doorslag gaat geven, weten we nooit. Maar elk steentje dat wordt bijgedragen is een kiezel minder op de, al dan niet reële, last die de jonge generatie voelt. Als iedereen, ongeacht generationele sympathie, iets bijdraagt aan later dan nemen we generatiegemopper voor lief. Gemopper is immers de enige brandstof waar geen Nederlander zonder kan.