Afbeelding

In de knop, in de pen!

Column 310 keer gelezen

Het is niet makkelijk om jezelf te dwingen een luchtje te scheppen als er bergen werk verzet moeten worden. De laatste tijd stort ik me voor studiedoeleinden op de Tachtigers. Dat was een groep dichters die rond 1900 niet keek op een letter meer of minder. Nu ben ik al weken aan het lezen, lezen, lezen.
Klassieke dichtregels van de Tachtigers kan ik nu wel dromen. Jammer dat zulke meeslepende poëzie in zulke stoffige boeken verstopt ligt. Boeken waar ik tegenwoordig zo vaak met mijn neus in zit dat mijn snotkoker op een boekenlegger begint te lijken.
Godzijdank werd ik pas naar landgoed De Olifant gesommeerd door Bart Belonje. Zie ik nog 'ns wat, kom ik nog 'ns ergens. Zuidplas lijkt inderdaad grenzeloos als je rijdt over de dijk, langs Hitland, de steenovens, de Hollandsche IJssel, buurtschappen, molens, villa's, havens met historische schepen en bedrijventerreinen waarop het onkruid woekert in plaats van de prijzen.
Het was op een dag dat de astronomische lente naderde, maar maart roerde nog één keer zijn staart. In de kuipstoeltjes op het landgoed stond een laagje sneeuw – als het niet door een snijdende wind was weggeblazen. De kou ten spijt verzekerde Bart mij dat daar, op De Olifant, snel de lente gevierd zou worden. Volgende week zondag is het zover: het In de Knop Festival.
Bart en ik kennen elkaar dankzij poëzie: hij organiseerde vanuit het Comenius een gedichtenavond die ik als broekie mocht verslaan voor de krant. Over poëzie ging dan ook ons gesprek. Voor het festival is een gedichtenwedstrijd uitgeschreven om de Dichter bij Zuidplas te vinden. Hoe trek je poëzie, de makers en liefhebbers ervan, naar je festival?
Aan het autoriteitsargument ontkom ik ditmaal niet: omdat ik het kan aanraden. Klim in de pen, bezoek In de Knop! Doe een gooi naar de titel van polderpoëet, molenminstreel, dijkdichter. (Inzenden naar dichterbijzuidplas@gmail.com kan tot 7 april) Bij die Tachtigers die ik nu lees kun je inspiratie opdoen als je zonder zit.
Zij weenden om bloemen in de knop gebroken, verlangden naar nieuwe lentes en nieuw geluid. Zij hevelden extases over op papier zonder belemmering van voorgeschreven ritmes of spelling. Gewoon grenzeloos – de Tachtigers hebben het zowat uitgevonden.
Maar, dat zijn gedichten in stoffige boeken geworden. Juist op en rondom De Olifant vind je de prikkelende polderpoëzie; het levende, liederlijke landschap. Aan de ene kant staar je over de polder het bos in, aan de andere kant vaart je blik over het wassende water.
Ook als je niet van geschreven gedichten houdt is het In de Knop Festival het bezoeken waard. Gewoon om te genieten. Gaat u dat vooral doen. Dan neem ik de leeslast wel weer op me. Ik heb me al te ver laten meeslepen door polderpoëzie, en de berg werk is nog niet geslonken…