Roep om buitenbad steeds luider: 'We moeten durven investeren'

Nieuwerkerk aan den IJssel – Met het steeds maar stijgen van de temperaturen en zomers vol hittegolven, neemt de roep om een buitenbad toe in Zuidplas. “Het is nu wel erg karig.”

Door Erik van Leeuwen

Bij het enige buitenbad dat Zuidplas rijk is – het Polderbad in Nieuwerkerk – is het door de coronamaatregelen minder druk. Vanwege de veiligheid voor de bezoekers laat het zwembad een beperkt aantal zwemmers toe. “We hebben elke dag een paar tijdblokken voor familiezwemmen en een blok voor jeugd”, zegt hoofd zwemzaken Jerry Wursten. “Er moet vooraf gereserveerd worden. Per blok hebben we een maximumaantal zwemmers.”

De afgelopen jaren kende het Polderbad goede zomers. Er waren dagen met elf-, twaalfhonderd bezoekers die het buitenbad bezochten. “De afgelopen twee jaar was het rendabel”, zegt Wursten.

Het bassin is 35x25 meter groot. Een grote waterglijbaan en nog een ander speeltoestel staan midden in het bad. Het is wat ze in het jargon noemen een ‘waterspeelbad’. Er is ook nog een pierenbadje voor de allerkleinste waterliefhebbers.

Ooit had het Polderbad in de achtertuin een vijftigmeterbad liggen. Technische problemen – het chloor bleef aan één kant van het zwembad drijven – waren er de oorzaak van dat dat bad op slot ging.

De gemeente, krap bij kas destijds, zag geen noodzaak een nieuw buitenbad aan te leggen, omdat er al een mooi nieuw binnenbad was gerealiseerd. Met geld dat bespaard werd, werd het huidige buitenbad opgeknapt. Die situatie is er nog steeds. Mensen die baantjes willen zwemmen, kunnen terecht in het binnenbad.

“Ik ken heel veel mensen in Nieuwerkerk en omgeving die naar een buitenbad in de regio gaan”, zegt Paul van Drenth, raadslid van Nieuw Elan Zuidplas en al bijna twintig jaar actief in de lokale politiek. “Het buitenbad is leuk voor kinderen en de iets oudere jeugd, maar niet alle doelgroepen kunnen worden bediend. Daar kan het Polderbad niks aan doen: die moeten het doen met wat ze krijgen.” 

Van Drenth vindt daarom dat de gemeente, eigenaar van het zwembadcomplex, goed moet kijken naar de toekomst. “Nu is het moment om dat te doen, want binnen een x-aantal jaren zal het Polderbad moeten worden vervangen. Dat biedt kansen.”

De Koornmolen
Zwembad De Koornmolen was in de jaren zeventig, tachtig en begin jaren negentig een echte trekpleister. Het buitenzwembad in Zevenhuizen trok op zomerse dagen veel mensen uit Zevenhuizen zelf, Waddinxveen, maar ook uit Nieuwerkerk en Moordrecht.

Het bad had dan ook heel wat te bieden: naast een pierenbad twee grote bassins, één diep en één ondiep, gecombineerd met een grote en fraaie ligweide. “Ik heb de goede tijd helaas niet meer meegemaakt”, zegt Arend van der Knaap, die in 2000 eigenaar van het park en dus ook het zwembad werd. “De uitbreiding van de Zevenhuizerplas heeft veel mensen weggelokt.”

Van der Knaap probeerde het zwembad nog open te houden, maar de gemeente Zevenhuizen-Moerkapelle en later gemeente Zuidplas, waren niet bereid financieel bij te springen. “Er moest elk jaar veel geld bij. De gemeente vond dat een zaak van de commerciële partij.”

Op één bad, het ondiepe, bouwde Van der Knaap een fitnesscentrum, op het andere bad groeit gras. “Er is een betonplaat over gelegd.”

Geld
In de jaren tachtig en negentig sneuvelden buitenzwembaden bij bosjes. Enerzijds kwam dat door de bouw van binnenbaden, anderzijds vonden gemeenten het te duur om een buitenbad open te houden. Geholpen door de strengere hygiëneregels gingen de deuren op slot.

“We hebben in Nederland een uniek landschap qua zwembaden”, zegt Marjolein van Tiggelen van de Nationale Raad Zwemveiligheid. “Maar qua buitenbaden is er een kaalslag geweest.” Nog maar een derde van de zwembaden bevindt zich in de open lucht. “De discussie gaat voornamelijk over geld, maar zwembaden behoren ook tot de basisvoorzieningen van de gemeente.”

Dat is ook wat Paul van Drenth wil zeggen. “Gemeenten zeggen al snel dat een buitenzwembad te duur is. Ze kijken alleen naar het geld. Volgens mij zijn er heel veel zaken die de gemeente geld kosten. Jeugdzorg, Wmo, maar die financieren we ook. Er zou met andere ogen naar een buitenzwembad moeten worden gekeken.”

Van Drenth vindt ook dat de situatie rond de Zevenhuizerplas mee moet worden genomen in de discussie. “Er is daar een teveel aan mensen. Iedereen zoekt verkoeling van het water. Gevolg: topdrukte en over elkaar rollende bezoekers. Ik vind dat we een alternatief moeten bieden. Daarvoor is een waterspeelbad bij het Polderbad te karig.”

Ook Hans Timmerman, Nieuwerkerker en vestigingsmanager van zwembaden in Rotterdam, pleit voor een goede belangenafweging. “Er moet bij een zwembad per definitie altijd geld bij. Als je alles wat geld kost niet gaat doen, hou je weinig leuke dingen over.”

Aantrekkelijk
Van Drenth: “Een mooi zwembad maakt je gemeente ook aantrekkelijker. We moeten ook durven te investeren in mooie projecten. Ik zie een zwembad als een belangrijke basisvoorziening.”

Met het einde van de levensduur van het Polderbad in zicht liggen er nieuwe kansen. “De techniek heeft niet stilgestaan. Er kan nu veel meer dan vroeger”, doelt Van Drenth op mogelijkheden in de zwembadenbranche.

Zo wordt er momenteel in Bodegraven gebouwd aan een nieuw zwembad. Dat nieuwe binnenbad met een wedstrijd- en doelgroepenbad kan bij zomerse temperaturen de gevel openen waardoor een ‘natuurlijke’ verbinding gemaakt kan worden met het te renoveren buitenbad.

In Zoetermeer heeft het college al groen licht gegeven voor een tweede grote zwembad in het Van Tuyllpark. Ook hier kan een deel van het overdekte zwembad worden geopend als de zomerhitte zich in alle hevigheid aandient. “Kijk gewoon goed naar de wensen en behoeften van de inwoners. We groeien als Zuidplas flink, bouw daar ook je voorzieningen naar.”