Aanvaller Van der Vlegel berust in lot Nieuwerkerk: ‘Accepteren en door’

VOETBAL
Nieuwerkerk aan den IJssel – Kwestie van verkeerde timing. Zo ziet aanvaller Stefan van der Vlegel het ‘lot’ van VV Nieuwerkerk. Corona zit de ambities van de club danig in de weg, nu voor het tweede jaar op rij een streep is gehaald door de competitie.

Erik van Leeuwen

Van der Vlegel (nu 24 jaar) behoorde drie seizoenen geleden tot het zestal spelers dat van de zondag naar de zaterdag overstapte. Nieuwerkerk ruilde de eerste klasse in voor de vierde klasse. Het plan was binnen drie jaar in de tweede klasse te spelen. “Dat gaan we dus niet halen”, zegt de student pedagogische wetenschappen aan de universiteit. 

In het eerste seizoen werd Nieuwerkerk kampioen. Vorig seizoen en dit seizoen hadden Van der Vlegel en zijn teamgenoten hun zinnen gezet op een nieuwe promotie.

Het besef dat corona opnieuw roet in het eten zou gooien, was er al eerder bij de topscorer. Toen de KNVB afgelopen week bekendmaakte dat de competitie ook dit seizoen niet hervat wordt, had Van der Vlegel zich al neergelegd bij het lot van Nieuwerkerk. “Om eerlijk te zijn, had het balen al plaatsgemaakt voor berusting. Ik geloof niet in sprookjes en daarom had ik al rekening met dit scenario gehouden, hoe spijtig dat ook is. We zullen een nieuwe poging moeten wagen. Accepteren en door.”

Hogerop
Nieuwerkerk had drie beker- en vier competitiewedstrijden gespeeld. Zes wedstrijden had de ploeg van trainer Ron Luijten gewonnen, één keer werd gelijkgespeeld. Van der Vlegel zat er lekker in, met een gemiddelde van één doelpunt per wedstrijd.

“We hadden een grote kans gehad om te promoveren, maar hoe het was afgelopen zullen we nooit weten. We gaan ons richten op het nieuwe seizoen. Gelukkig heeft het grootste deel van het team aangegeven te blijven. Ik ook, ik ben een Nieuwerkerkse jongen en wil niets liever dan met Nieuwerkerk hogerop. Eerst tweede klasse, daarna, als het even kan, eerste klasse. We kunnen gelukkig weer trainen in teamverband. Dat zal de pijn verzachten. Hopelijk kunnen we snel weer wat oefenwedstrijdjes spelen.”