Heiligen

Heb je ooit gehoord van Mamertus, Pancratius, Servatius van Maastricht, Bonifatius van Tarsus en Sophia van Rome? Ze zijn allemaal katholieke heiligen wier naamdag valt op 11, 12, 13, 14 of 15 mei. Deze heiligen worden ook wel ijsheiligen genoemd. Volgens volksweerkunde vallen de data samen met de laatste dagen van de lente waarop nachtvorst kan voorkomen. Ze zeggen dat na deze dagen de kou voorbij zou moeten zijn, maar het is zeker niet honderd procent zeker. Toch volgen de meeste tuinders deze periode. Bijna iedereen die geïnteresseerd is in tuinieren heeft er wel eens van gehoord.

Maar wat betekent deze markering praktisch gezien? In principe betekent het dat vanaf half mei alle vorstgevoelige planten naar buiten mogen. Beschermende maatregelen zijn niet meer nodig. Met andere woorden: de vlag kan uit. Eindelijk wat meer ruimte in huis en kas. En ook direct zaaien in de grond is nu volledig veilig voor deze plantengroep, met het oog op vorst.

De dahlia’s, tomaten, courgettes, komkommers, pompoenen, aubergines en pepers staan allemaal te trappelen om naar buiten te mogen. Voor ons moestuinierders is het tijd om onze zorgvuldig opgekweekte zaailingen en jonge planten vrij te laten. En dat is niet altijd gemakkelijk.

Er liggen veel gevaren op de loer. Als het veel regent en toch nog wat koud blijft voor deze tijd van het jaar, is het risico nog groter. De slakkenpopulatie groeit nu snel en ook die diertjes nemen duidelijk hun ruimte in. Het gebeurt vaak genoeg dat ik midden in de nacht, gewapend met een bril en een lamp, mijn plantjes inspecteer op eventuele overtreders. Het houdt me letterlijk wakker en zorgt voor menig gebroken nacht.

Een tip is om bepaalde planten, zoals komkommers, dahlia’s en courgettes, groot genoeg te laten groeien in potten. Zo groot dat een hapje hier en daar van onze slakkenvrienden ze niet meteen ernstig schaadt. Dat wordt ‘beschermd opgroeien’ genoemd. Totdat de wortels echt uit de pot groeien en de planten een tekort aan voeding dreigen te krijgen. Dan is het echt tijd om ze uit te planten.

Uiteindelijk kan geen enkele plant groeien en zijn bedoelde ruimte innemen als je hem geen ruimte, voldoende voeding en water geeft. Pas dan kunnen planten bloeien en vruchten dragen en doen waar ze voor gemaakt en bedoeld zijn. Zijn het niet net mensen?