Jan de Waard inspecteert een van de kreeftenkorven.
Jan de Waard inspecteert een van de kreeftenkorven.

Kreeften in de polder: een smakelijke plaag

Toerisme 1.208 keer gelezen

Regio – “Het maakt niet uit waar je in de polder gaat vissen, je vangt ze overal”, zegt Jan de Waard terwijl hij de volgende kreeft uit de korf grist. Op het oog meet hij het kronkelende beestje - “Negen centimeter” - en hij gooit de kreeft in de emmer. Het is de vijfde zomer dat de beroepsvisser uit Lekkerkerk op de zoetwaterkreeften vist. Vandaag helpt hij tegelijkertijd het waterschap om de invasie in kaart te brengen.

Door Myriam Dijck

Volgens De Waard zitten de kreeften al zo’n twintig jaar in de Krimpenerwaard en omstreken. De laatste jaren nemen de aantallen dermate toe dat het waterschap, het Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard, zich zorgen maakt omdat door de kreeften de waterkwaliteit achteruitgaat.

De rivierkreeft is een invasieve soort die niet thuishoort in de Hollandse polder; de dieren zijn hier vrijgelaten of ontsnapt. Ze hebben nauwelijks natuurlijke vijanden en gedijen goed in het drassige landschap.

“Ze eten alles wat los en vast zit en knippen alles kapot. Als er niks meer te eten is, eten ze elkaar op”, legt De Waard uit. De kleine veelvraten worden zo’n 12 centimeter lang. Doordat ze gangen graven, tot wel twee meter diep, verzwakken de oevers en kalven ze af. Hierdoor neemt bagger toe en dat belemmert de doorstroom van water.

Voor een diner voor twee heb je zo’n zestig kreeftjes nodig

Bij het zoeken naar voedsel woelen de kreeften de bodem om. Dat is ongunstig voor de waterplanten die er groeien en het vertroebelt het water, waardoor algengroei kan toenemen. Zo verslechtert de waterkwaliteit en verstoren de kreeften het plaatselijke ecosysteem. Ze zijn daarmee een doorn in het oog van het waterschap.

“Je ziet dat de waterkwaliteit verandert”, zegt Anne Rutgrink, beleidsmedewerker waterkwaliteit. “Mogelijk is er een relatie met blauwalg. Op plekken waar we dit jaar veel blauwalgen hebben geconstateerd, zagen we vorig jaar ook veel kreeften.”

“Hier, blauwalg, zo vroeg in het jaar?” reageert De Waard. “Ja,” reageert Rutgrink, “dat vonden wij ook opvallend.”

Sinds een aantal jaren worden de kreeften op steeds meer plekken gezien. Daarom startte het waterschap vorig jaar een onderzoek om de kreeftenpopulatie in kaart te brengen. In deze sloot, langs de N210 tussen Ouderkerk en Lekkerkerk, is de vorige avond een aantal kunststof kreeftenkorven in het water neergelaten, twaalf stuks in totaal. Het is één van de 125 plekken in het gebied van Schieland en de Krimpenerwaard die dit jaar op kreeften worden gecontroleerd. Op sommige locaties, zoals hier, kan het waterschap bijna een ‘kreeftengarantie’ geven. 

En inderdaad, in bijna elk vangtuig zijn de afgelopen nacht schaaldiertjes gekropen. De Waard haalt ze er vakkundig uit, terwijl een medewerker van onderzoeksbureau Aquon, ingeschakeld door het waterschap, de soorten, aantallen en afmetingen registreert.


De kreeften worden zo’n 12 centimeter lang; veel vlees zit er niet aan. 

De Waard loopt naar de laatste korf. De volledige vangst bestaat uit Rode Amerikaanse Rivierkreeften. Deze kreeften planten zich snel voort, waardoor de populatie in korte tijd sterk kan toenemen. Inmiddels hebben de kreeften zich over de hele Krimpenerwaard verspreid.

De wateren van Zuidplas en Waddinxveen lijken nog niet volledig overgenomen, maar in een sloot bij de wijk Swanla in Zevenhuizen en in de polders rondom Moordrecht zijn ze ook al gesignaleerd. De verwante geknobbelde, gestreepte, gevlekte Amerikaanse rivierkreeften zijn ook gevonden, maar in kleinere aantallen.

De vangst vandaag bedraagt 54 stuks. Een gemiddelde opbrengst, zegt De Waard. Hoewel het in de emmer krioelt van de schaartjes, is dit nog nauwelijks genoeg voor een diner voor twee. Pas met zo’n 30 kreeftjes heb je een volledige maaltijd. Dat betekent dus veel pellen. “Maar dat is het leuke juist”, zegt De Waard opgewekt.

Hij is de enige beroepsvisser die in dit gebied op kreeften vist. Daarmee is hij hofleverancier van de beestjes aan lokale restaurants. Onder andere Fuiks in Capelle aan den IJssel neemt wekelijks dankbaar een aantal kilo’s af van De Waard. Maar niet voordat de beestjes drie dagen bij hem in schoon kraanwater hebben rondgezwommen. “Anders smaken ze een beetje naar modder.”


Voor een diner voor twee heb je zo’n zestig kreeftjes nodig. 

De echte liefhebbers kunnen via De Waard ook een ‘Crawfish Boil event’ regelen, op locatie, of bij De Waard in Lekkerkerk. Voor groepen van acht tot twintig personen kookt hij een enorme berg kreeften in een gigantische pan. Deze worden in een hoop midden op tafel geserveerd – zonder borden - zodat de gegadigden de kreeftjes kunnen pellen en oppeuzelen.

Alle kreeften zijn geteld en De Waard pakt zijn spullen in. Er staan nog meer locaties op de agenda vandaag. De data over de kreeften zullen het waterschap meer inzicht geven in de huidige populatie. Tegelijkertijd draagt het waterschap bij aan een landelijke aanpak om de aantallen terug te dringen. Onderdeel daarvan is een pilot die aan het einde van de zomer van start gaat. Rutgrink legt uit: “We gaan op een plek intensief op de diertjes vissen om te kijken wat het effect is. Dan kunnen we erachter komen of weghalen helpt.”

De kleine veelvraten worden zo’n 12 centimeter lang

De Waard haalt zijn schouders op. Wat hem betreft mogen de kreeftjes blijven. “Iedereen wil van de kreeften af, maar ik wil ze vangen. Helemaal weg krijgen zal toch nooit meer lukken, maar wij kunnen ons best doen om het beheersbaar te maken.”


De beroepsvisser haalt een Amerikaans rivierkreeftje uit de korf.