Twee afscheidscadeaus heeft René van Beek al: een twaalf meter lang spandoek en een Groeneweg-trommel.
Twee afscheidscadeaus heeft René van Beek al: een twaalf meter lang spandoek en een Groeneweg-trommel.

Laatste ronde voor René van Beek

Sport 994 keer gelezen

VOETBAL
Zevenhuizen - Trainer René van Beek gaat met Groeneweg voor zijn laatste prijs. Na ruim twaalf jaar kan het in de nacompetitie in één, twee of drie wedstrijden voorbij zijn. “Ik hoop natuurlijk op promotie. Eén ding weet ik zeker: de jongens hoef ik niet te motiveren.”

Door Erik van Leeuwen

De Goudse trainer, die volgend seizoen wordt opgevolgd door Pieter van Zoest, realiseerde zich deze week dat de training van donderdag wel eens de laatste zou kunnen zijn in dienst van Groeneweg. De nacompetitie wordt gespeeld volgens het knock-out systeem en daarbij kan het na één nederlaag afgelopen zijn.
“Daar ga ik niet vanuit, hoor”, reageert Van Beek. “Tegelijkertijd ben ik me er ook van bewust dat we niet de onbetwiste favoriet zijn in de nacompetitie.”

Groeneweg treft zaterdag met WFB de nummer drie van de vierde klasse F. De Zevenhuizenaren spelen een uitduel in Ouddorp en weten ook wie de volgende tegenstander is als er succes wordt geboekt: Charlois. Het uiteindelijke doel is de finale op zaterdag 17 juni op neutraal terrein. Promoveren zou het droomafscheid zijn voor Van Beek, maar ook voor toonaangevende spelers als Bas Roos, Rick Willemsen, Mario van Dieren en Coen Hoogeveen. “Ik gun die gasten het mooiste afscheid”, aldus Van Beek, die zijn periode bij Groeneweg als ‘fantastisch’ betitelt. “Dit is een bijzondere club met geweldige mensen. Als ik namen ga noemen, loop ik het risico mensen te vergeten. Het zijn die mensen die de ziel van Groeneweg zijn. Die achter de bar staan of jarenlang naast mij hebben gestaan zoals Leon van Vliet, Niels Elgersma, Dennis van Vliet en Mathijs Kortleven.” En uiteraard vergeet Van Beek voorzitter Ed Roos niet met wie hij een speciale band opbouwde. “Ed heeft me altijd gesteund, ook op momenten dat het sportief tegenzat. Dan belde hij of hij maakte een praatje. Hij voelde dat perfect aan.”
Zijn dank gaat ook uit naar de spelers. “Ze hebben het wel zoveel jaar met mij uitgehouden. Zonder dollen, als trainer ben je altijd afhankelijk van die spelersgroep. Ik weet dat ik best veeleisend kan zijn, maar ik heb mijn spelers ook altijd beschermd tegen de buitenwereld. Ik heb ze nooit afgebrand na een wedstrijd, op dinsdag stond ik weer met ze op het trainingsveld.”

Coentje, Schaapie en Eckkie
Hij noemt zichzelf als trainer direct en eerlijk. Zo wisten spelers die op vakantie waren geweest dat ze de zaterdag daarop niet op een basisplaats hoefden te rekenen. De route terug liep via het tweede elftal, privileges waren hem vreemd. “Natuurlijk ben ik veranderd en ben ik ook met de groep meegegroeid.” Dat hij troetelnaampjes gebruikte voor zijn spelers, zoals Coentje, Schaapie en Eckkie, zegt alles over de band die hij met zijn pupillen had.

Heel veel spelers maakten onder Van Beek hun debuut in Groeneweg 1. Zaterdag in de laatste competitiewedstrijd tegen Floreant (2-0 verlies) kreeg de jonge Sam Bink vanaf het begin een basisplaats toebedeeld. 

Promoties
Hij promoveerde met Groeneweg 1 drie keer, van de vierde naar de derde klasse, van de derde naar de tweede en van de tweede naar de eerste klasse. “Daar ben ik trots op, zoals ik trots ben op het tweede elftal waarmee we naar de reserve hoofdklasse zijn gepromoveerd. Op zaterdag zijn we dit seizoen met het tweede gepromoveerd naar de tweede klasse.”

Een laatste promotie met de Zevenhuizense hoofdmacht zou het mooiste afscheidscadeau zijn, maar Van Beek wil de druk niet te veel opvoeren. “Ongeacht hoe de nacompetitie afloopt, is deze periode al onvergetelijk voor mij als trainer. Ik hoop dat we het goede gevoel kunnen oproepen voor de nacompetitie.”

Voor de eerste wedstrijd tegen WFB moet Van Beek ‘improviseren’. Mario van Dieren en Mike Karreman zijn op vakantie en Rick Sleeuwenhoek komt terug van een blessure. “Rick sluit deze week weer aan bij de training. Ik hoop dat hij fit genoeg is om te spelen.”

Donk, de club waar hij volgend seizoen trainer is, speelt nacompetitie voor een plek in de eerste klasse. “Uiteraard kijk ik daar met een schuin oog naar”, zegt hij. “Groeneweg en Donk liggen hemelsbreed acht kilometer bij elkaar vandaan, maar het zijn twee verschillende werelden. Waar er bij Groeneweg nauwelijks spelers naar andere clubs gaan, is die dynamiek er bij Donk wel. Maar Donk is ook een prachtige club. Ik heb er zelf jarenlang gespeeld. Groeneweg zit ook voor altijd in mijn hart.”