‘Akropolis van Nieuwerkerk’ krijgt een bezoekerscentrum

Nieuwerkerk aan den IJssel - De gemeenteraad van Zuidplas heeft ingestemd met een collegevoorstel om 100.000 euro te steken in de steenovens op Hitland in Nieuwerkerk. Met dat bedrag kan een bezoekerscentrum worden gerealiseerd.

Door Erik van Leeuwen

De steenovens in Hitland worden gezien als cultureel-historisch erfgoed. In 2009 onderging het complex een renovatie, maar een bezoekerscentrum kwam er niet. Dat is volgens de stichting, die zich sinds 2014 heeft ontfermd over het monument, wel nodig om de culturele en historische waarde te laten zien. “Het is mooi dat de steenovens zijn gerenoveerd, maar het is niet afgemaakt”, aldus Theo de Vlaming van de stichting.

Het college wilde 100.000 euro vrij maken om voorzieningen te maken in de linker turfschuur. Het gaat om basisvoorzieningen als een toilet en een plek die ingericht kan worden voor educatie. De stichting neemt zelf ook een deel van de kosten, ruim 160.000 euro, voor haar rekening. Dat geld moet komen uit subsidies. 

Eerst het plan, dan het geld
Een aantal partijen in de gemeenteraad wilde weten of dat geld er zeker komt. Wethouder Jan Verbeek vertelde dat inmiddels een kleine 40.000 euro is toegezegd. Een uitgewerkt plan is er nog niet en dat vond D66-raadslid Frans Klovert vreemd. “Het lijkt mij: eerst een plan, dan het geld. Ik ben niet tegen, maar we geven geld aan iets wat we niet weten.” De wethouder verzekerde hem dat het geld op de juiste manier wordt gebruikt.

De raad ervan overtuigen dat de steenovens een belangrijke culturele en historische waarde vertegenwoordigen, hoefde Verbeek niet. “Wat de Akropolis is voor Athene, zijn de steenovens voor Nieuwerkerk”, liet Ard Bakker (ChristenUnie/SGP) weten. 

Bakker woont nog niet zo lang in Zuidplas en was in de week voor de raadsvergadering op zoek geweest naar de ovens. “Het was best nog even zoeken.” Hij pleitte voor een betere bewegwijzering. Verbeek: “U hebt het gevonden, dus u weet nu waar u moet zijn. We houden de bewegwijzering in heel de gemeente in de gaten.”