Afbeelding

Raad van State op zoek naar grens voor permanente bewoning

Juridisch 2.373 keer gelezen

Den Haag – Een dreigende boete van 20.000 euro is de eigenaren van een recreatiewoning op park Klein Hitland in Nieuwerkerk in het verkeerde keelgat geschoten. Ze hebben de zaak in hoger beroep voorgelegd aan de Raad van State. Die moet nu beoordelen of de dwangsom terecht is opgelegd vanwege verboden permanente bewoning van de recreatiewoning.

De bewijslast voor permanente bewoning ligt bij de gemeente. Daarvoor verzamelde de gemeente enkele aanwijzingen die het vermoeden van permanente bewoning ondersteunden.

De eigenaren zijn wel ingeschreven op een adres in Rotterdam. Dat is officieel hun hoofdverblijf. Maar volgens een woordvoerder van de gemeente Zuidplas stelt de Raad van State daarvoor extra eisen. Het moet namelijk om zelfstandige bewoning gaan. Dat is niet het geval. De gemeentewoordvoerder stelt dat de eigenaren van de recreatiewoning in Rotterdam inwonen bij een vriend en niet meer dan een zolderkamertje ter beschikking hebben.

Daarnaast hebben ze bij hun belastingaangifte hypotheekrenteaftrek toegepast voor hun recreatiewoning. Dat is volgens de gemeente ook een aanwijzing. Verder constateerden toezichthouders dat de recreatiewoning een bewoonde indruk maakte.

Denkfout
De advocaat van de eigenaren zegt dat de gemeente een denkfout maakt. De eigenaren zijn gepensioneerden die vaak en lang op reis zijn. Uit het feit dat de gemeente uitgaat van onzelfstandige bewoning in Rotterdam, volgt nog niet dat de eigenaren dus permanent in hun recreatiewoning zijn. Controleurs hebben wel bewoning van de recreatiewoning geconstateerd, maar niet dat dit gebeurde door de eigenaren.

De advocaat zegt dat de eigenaren een andere leefwijze hebben, die niet voldoende erkend wordt. Hij pleitte er ook voor dat de Raad van State voortaan hardere bewijzen gaat eisen voor het vermoeden van permanente bewoning. “Een vermoeden is onvoldoende basis voor het opleggen van een dwangsom van 20.000 euro”, vindt de advocaat.

Vaag
“Het blijft draaien om de waardering van alle aangevoerde omstandigheden”, constateerde de raadsvoorzitter. “Waar ligt de grens?”

Het bestemmingsplan geeft volgens hem ook niet veel houvast. Permanente bewoning is daarin niet uitvoerig beschreven. Daardoor wordt niet duidelijk of zeven maanden doorbrengen in de recreatiewoning telt als permanente bewoning. 

De Raad doet over zes weken uitspraak.